FMI ImProvia verzorgt explosievrij projectmanagement bij Electromach
Electromach maakt explosieveilige producten en systemen voor industrieën als chemie, olie & gas en offshore. Behuizingen voor de schakel- en besturingssystemen kocht het bedrijf altijd in. Om het productieproces efficiënter en flexibeler te kunnen inrichten, besloot Electromach zelf behuizingen te gaan bouwen. FMI ImProvia Consultancy verzorgt het projectmanagement voor dit ingrijpende innovatietraject. “Onze mensen ervaren de kracht van hun projectaanpak.”
-
Electromach -
2021
R. Stahl Electromach in Hengelo (Ov), onderdeel van het Duitse R. Stahl, ontwikkelt, bouwt en installeert explosieveilige producten en systemen. Het bedrijf (ruim 150 medewerkers) bedient daarmee de Benelux en voor specifieke producten zelfs de wereldmarkt. Dat laatste betreft de complexere kasten en containers en speciale airco’s. De rvs (roestvaststalen) behuizingen voor explosieveilige schakel- en besturingssystemen liet Electromach altijd kant-en-klaar aanleveren. In 2019 besloot het zelf behuizingen te gaan bouwen.
Klantspecifiek
Electromach investeert veel in productinnovatie, standaardisatie binnen het portfolio en automatisering van bedrijfsprocessen, maar deze procesinnovatie vormde toch wel een uitdagend project. Reden om FMI ImProvia in te schakelen voor het projectmanagement. Directeur Roland Voermans van Electromach kende het al van zijn vorige werkgevers. “Zij boden toen ondersteuning bij innovatieprojecten en dat beviel zo goed dat ik hen nu weer heb gevraagd. Natuurlijk hebben we ook naar andere kandidaten gekeken, maar bij dit project is het cruciaal dat we mensen hebben die onze denkwijze begrijpen en dezelfde taal spreken van automatiseren, innoveren en continu verbeteren. Onze engineers willen de klant zo goed mogelijk helpen en bedenken daarbij technische de perfecte oplossing en vaak is het dan: ‘Dit feature kan er ook nog wel bij.’ Met een externe projectmanager heb je dat niet; die houdt vast aan de scope die gezamenlijk is bepaald.”
Strategisch Belang
Op dit punt maakt Electromach wel een ontwikkeling door, vervolgt Voermans. “We zijn bezig met IT-tools om in ontwikkeling en verkoop te standaardiseren. Dat maakt ons competitiever in de markt qua offrering en doorlooptijd. Hiermee zetten we nu grote stappen voorwaarts en daar past het zelf bouwen van rvs behuizingen heel goed in. Het maakt ons meer verticaal georganiseerd en dat is voor ons van strategisch belang, want die behuizingen vormen een significant onderdeel van de kostprijs van onze systemen. Als we zelf gaan produceren wat we tot nu toe inkochten, maakt ons dat flexibel naar de markt toe, zeker in combinatie met een hogere automatiseringsgraad. We worden minder afhankelijk van onze leverancier. Zo worden we concurrerender en kunnen we sneller leveren. Daardoor kunnen we meer volume pakken. Tot nu toe leverden we binnen het Stahl-concern vooral in de Benelux; dat gaan we nu in meer landen in Europa doen.”
Totaalplaatje
Het Hengelose bedrijf onderscheidt zich door het totaalplaatje, verklaart operations manager Joost Raanhuis. “Wij verzorgen het proces van a tot z, van het leveren van explosieveilige componenten tot het installeren van complete systemen bij de klant. Dat is inclusief alle kennis van explosieveiligheid en de certificering die daarbij hoort. Binnen de Stahl-organisatie zijn wij de bouwer van de grotere en complexere systemen. Vaak gaat het om specifieke behuizingen die afwijken van de standaard en dat is precies waar het hier over gaat. Die kochten we altijd in bij een leverancier, nu krijgen we dankzij dit project zelf de touwtjes in handen.”
Nieuwe kennis
Maurice van Ginneken is als projectmanager vanuit FMI ImProvia Consultancy de trekker van dit ingrijpende innovatietraject. “Ik ben hier begonnen met het samenstellen van een projectteam en het creëren van intern draagvlak. Joost, superenthousiast als hij is, was daarin een mooie medestander. Er is bij Electromach heel veel kennis aanwezig; die moet je natuurlijk gebruiken.” Omgekeerd haalde Electromach met FMI ImProvia nieuwe kennis in huis, want zelf kasten bouwen betekende nieuwe productieprocessen inrichten, vertelt Raanhuis. “Dat maakt het project ook zo leuk en spannend, want je hebt geen flauw idee wat er op je afkomt. Die kennis doen we gaandeweg op, samen met externe partijen zoals FMI ImProvia en de leveranciers van machines. Het mooie is dat zij heel veel kennis in huis hebben die Maurice kan aanboren om het project verder te helpen.” Van Ginneken: “Daar ligt inderdaad mijn toegevoegde waarde. Er komen hier veel vraagstukken voorbij waarvan ik wel weet hoe het ongeveer zit, maar niet exact. Dan ken ik bij FMI ImProvia, waar we 200 medewerkers hebben, altijd wel iemand die ik erbij kan betrekken. Dat maakt het wel heel krachtig voor Electromach en voelt voor mijzelf ook prettig.”
Nieuwe machines
Raanhuis: “We hebben het product helemaal uitgekleed en zijn samen met Maurice een productmap gaan maken: welke onderdelen hebben we nodig, welke processtappen moeten we zetten om tot het product te komen en welke machines hebben we daar uiteindelijk voor nodig? Eerst moeten we plaatmateriaal snijden met een laser, vervolgens buigen we de uitslagen op een kantbank en tot slot lassen we het kantwerk. Dat lassen gebeurt nu nog handmatig, maar er komt een lasrobot; de lasersnijder en de kantbank staan hier al. We zitten nu in de implementatiefase en zijn de productie langzaam aan het opschalen. In volgende fases gaan we nog verder optimaliseren en automatiseren. De machines worden al volledig automatisch aangestuurd, maar we gaan nog kijken of we handling en transport van de producten tussen de machines, nu nog handmatig, kunnen automatiseren.” Verdere standaardisering staat ook op de agenda. “We kunnen tot op de millimeter nauwkeurig een klantspecifieke kast maken, maar we willen uiteindelijk wel toewerken naar een bepaalde range van standaardkasten. Daarop kunnen we steeds meer optimaliseren in het productieproces.”
Testen
Van Ginneken was nauw betrokken bij de inrichting van het productieproces. “Hoe gaan ze de producten maken? Hoe kunnen ze bijvoorbeeld zoveel mogelijk buigen, zodat er minder gelast hoeft te worden. Daarvoor zijn we samen de productmap gaan uitdokteren: hoe kun je die behuizingen nou slim samenbouwen, zodat je er productietechnisch profijt van hebt en de kostprijs verder omlaag krijgt. Daarbij heb ik meegedacht over de mogelijkheden én de eisen. Want het is wel een gecertificeerd product, dus je hebt aan een aantal zaken te voldoen. Je kunt wel slim bochten afsnijden in productie, maar komt de certificering dan niet in gevaar?” Want producten met een bepaalde beschermingswijze (Ex d) die Electromach levert, worden gecertificeerd voor explosieveiligheid. Zo moeten de behuizingen zonder lekkage een bepaalde druk kunnen weerstaan. Raanhuis: “De kwaliteit van de lasnaad is daarvoor cruciaal. Die testen we nu nog visueel. Dat willen we gaan automatiseren.” Van Ginneken: “Samen met Joost heb ik me gebogen over de specificaties voor het testen. Vooral in de hoeken waar de buigingen en de lasnaden samenkomen is er kans op lekkage. Daar hebben we goed naar gekeken in de productmap.”
Laskennis
In het nieuwe productieproces (snijden, buigen, lassen) is met name het lassen echt nieuw voor Electromach, verklaart Raanhuis. “Dat is een van de eerste risico’s die we voor dit project hebben geïdentificeerd, gebrek aan diepgaande laskennis. We hadden iemand nodig die daadwerkelijk kan lassen en ook kan meedenken over het lasproces. Want als we straks met de lasrobot gaan werken, moet hij herkennen of de robot een strakke las heeft gelegd en of hij de robot nog moet tweaken om de las beter krijgen. Dus zochten we een lasser die openstond voor de uitdaging om het robotlassen te verbeteren. Omdat we niet van één persoon afhankelijk wilden zijn, hebben we twee mensen van buiten aangetrokken en zijn we ook mensen van binnen aan het opleiden, zodat die zo nodig kunnen bijspringen. Op de andere machines zetten we bestaande medewerkers in als operators.”
Lange termijn
FMI ImProvia was niet betrokken bij de werving van de nieuwe medewerkers maar adviseerde wel over de invulling van de nieuwe processen. Van Ginneken: “Wij hielpen bij het benoemen van de risico’s. Het was helder dat er proceskennis ontbrak. Er was een lasser nodig maar ook een procestechnoloog: iemand die kan lassen en de vertaling naar het lasproces kan maken. Die niet de slijptol pakt om een slechte las weg te werken, maar kijkt hoe die is ontstaan en hoe hij het resultaat kan verbeteren, door de instellingen te veranderen, een ander materiaal te nemen of een andere lasstaaf te gebruiken. Voor ons houdt het project niet op als de machines zijn geïnstalleerd. Wij kijken ook naar de bemensing, adviseren over de onderhoudscontracten en hebben oog voor lange termijn, net zo lang tot de productieoutput goed is.”
Echte klik
Nu het project richting afronding gaat, is directeur Roland Voermans heel tevreden over de samenwerking met FMI ImProvia. “Maurice en zijn collega’s werken heel hands-on en tonen professionaliteit in projectmanagement. Wij hebben als Electromach een sterk functionele organisatie. Dit project loopt over meerdere afdelingen en dan heb je een projectmanager nodig die alle eindjes aan elkaar knoopt. Dat heeft Maurice uitstekend gedaan. De planning loopt goed en het klikt echt in de samenwerking. Ook hun inhoudelijke expertise komt van pas, zoals voor de leveranciersselectie voor de machines, en het netwerk van leveranciers dat ze inzetten om het ook te realiseren. Maar het gaat er vooral om hoe je zo’n project aanvliegt en structureert. Samen hebben we het proces van productspecificatie naar processpecificatie naar machinespecificatie doorlopen en daaraan vastgehouden gedurende het project. Dat is voor ons heel waardevol geweest.”
Formeel en informeel
Raanhuis vult aan: “In het projectteam heeft iedereen z’n eigen expertise. Dan moet er één iemand zijn die het overkoepelend in de gaten houdt en iedereen in de juiste richting laat lopen. Dat is Maurice. Hij zorgt dat alle kennis en kunde die we in de organisatie hebben ook echt bij elkaar komt, zet op tijd de benodigde acties uit en zorgt dat we de roadmap blijven volgen. Wanneer een externe meekijkt, als stok achter de deur, dan werkt dat toch daadkrachtiger. Een project als dit vereist een formele en professionele aanpak. Vervolgens biedt dat wel een goed platform om informeel met elkaar te kunnen omgaan.” Van Ginneken: “Wij kunnen schakelen tussen wanneer het serieus moet zijn en wanneer er ruimte is voor een geintje.” Raanhuis: “Maar Maurice heeft ook een paar keer met de vuist op tafel geslagen: ‘Dit project heeft nu jullie tijd en aandacht nodig; hoe gaan we dat realiseren?’ Hij behartigt echt het projectbelang en houdt de voortgang erin.”
Techniek en organisatie
Van Ginneken vindt dat logisch: “Er is altijd wel wat aan de hand op de vloer dat jullie aandacht vraagt. Voor een externe is het dan makkelijker om jullie uit het dagdagelijkse ritme te halen. Projectleiding is ook niet jullie kernexpertise; jullie moeten orders de deur uit krijgen. Zo’n project komt er even tussendoor.” Voermans: “Zij brengen die ervaring mee. Als wij intern projecten doen, is het vaak de ene escalatie na de andere. In dit project zijn er juist heel weinig escalaties, het loopt altijd maar door.” Dat heeft er ook mee te maken dat FMI ImProvia weliswaar primair vanuit de technische invalshoek adviseert, maar ook oog heeft voor de organisatorische aspecten, verklaart Van Ginneken. “Het bijzondere aan dit project is dat ik van de klant het vertrouwen kreeg om iets totaal nieuws te realiseren, over de volle breedte van techniek, inkoop en andere interne processen. Als je de organisatie meekrijgt, er iets op vloer komt te staan en het bedrijf kan gaan produceren, dan is dat schitterend.”
Structuur en duidelijkheid
Robin Keizer, directeur van FMI ImProvia Consultancy, schrijft het succes ook toe aan de vroege fase waarin ze konden aanhaken. “In de ideeënsfeer en bij het definiëren van de business case waren wij al betrokken, waardoor we het projectmanagement goed konden inrichten en daar later de vruchten van konden plukken.” Hij is benieuwd wat Electromach voor de toekomst meeneemt van de werkwijze die Van Ginneken in het project hanteert. Dat zit ’m vooral in de structurering van projecten, de stappen die daarin worden doorlopen, antwoordt Raanhuis. “Welke fases onderscheid je in een project, welke taken horen daarbij, zoals de risicoanalyse die we in het begin hebben uitgevoerd, en welke stappen moet je zetten met bijvoorbeeld projectreviews en voortgangrapportages. Maar ook hoe je de projectmap en de procesmap inricht. Dit alles geeft zoveel structuur en duidelijkheid in de organisatie, bij alle stakeholders. Want iedereen vindt er wat van en als je in een project geen duidelijke structuur aanbrengt en daar niet rechtlijnig over communiceert, gaat het gegarandeerd alle kanten op. Dan zie je projecten stagneren, omdat je superkritische fases supersnel doorloopt en dingen overslaat. Door de heldere structuur voorkom je dat soort problemen. Ik zie nu al dat mensen binnen onze organisatie aanhaken bij deze werkwijze.”
Breder profijt
Conclusie is dat Electromach in bredere zin al profijt heeft van de aanpak van FMI ImProvia in het project. Dat kan Keizer natuurlijk waarderen. “Een project is vaak het doel, maar soms ook een middel.” Van Ginneken valt hem bij: “Het is leuk om te zien dat je de organisatie verder kunt helpen. ‘Joh, ik heb een aantal middelen meegebracht, maak er gebruik van.’” Raanhuis tot slot: “Het sijpelt door naar andere overlegstructuren binnen ons bedrijf. Na een jaar is dit al een stuk automatisme geworden, onze mensen ervaren de kracht van de projectaanpak van FMI ImProvia.”